Pierrot, alias ‘Five’, stamt uit een familie van zigeuners. Hij leefde op straat, in opvanggezinnen en in de gevangenis. Op een dag stak zijn vader zijn woonwagen – met zijn hond erin – in brand. Pierrot vluchtte naar het bos van Vincennes (Parijs) en bracht de winter door onder een tentzeil. Later vond hij onderdak in het Centre Pereire van Emmaüs Solidarité. Aangezien een eerste job zijn integratie zou bevorderen, ging hij aan de slag in het opvangcentrum voor migranten in Ivry.
Een deel van de opbrengst uit de verkoop van de foto’s wordt na het einde van de tentoonstelling aan Emmaüs geschonken.